Meer grip, of minder grip met meer vertrouwen?
Door: Mia Sol
Onlangs verscheen een nieuw rapport van de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) met als titel: Grip. Het maatschappelijk belang van persoonlijke controle. Omdat het gaat om de kwaliteit en ‘de gezondheid’ van de samenleving is het interessant en relevant om aandacht hier aan te besteden. Eerst wat over de inhoud van het WRR-rapport, dan hetgeen psychiater Denys hierover zei, en tenslotte een persoonlijk commentaar.
Grip wordt in het Rapport gedefinieerd als de mate waarin mensen in staat zijn door eigen handelen gewenste levensuitkomsten te bereiken. Het betekent ook ongewenste uitkomsten voorkomen. Persoonlijke controle is de controle van een individu om met succes de weg te vinden in een wereld vol onzekerheden. Het rapport hanteert als model het eerste plaatje.
Onderzoek naar de mate en de aard van onzekerheden laat zien dat de percentages het hoogst zijn bij mensen van 18-25 jaar, bij mensen met een laag opleidingsniveau en bij gezinnen met een laag bruto jaarinkomen (< € 14 100). Onzekerheden kunnen clusteren.
Centrale boodschap is dat niet alleen gekeken moet worden naar de mate van onzekerheid maar ook naar de mate waarin mensen grip kunnen uitoefenen op hun persoonlijke situatie.
Effecten van onzekerheid en gebrek aan controle zijn:
minder gezondheid (minder mentaal & fysiek welbevinden en eerder overlijden), maatschappelijk onbehagen en vertekende beelden van de werkelijkheid (t/m complot-denken). Maatschappelijk onbehagen verwijst naar een algemeen en onbepaald gevoel dat het niet goed gaat met de samenleving. Hoe hoger opgeleid hoe minder maatschappelijk onbehagen en, hoe meer controle, hoe minder maatschappelijk onbehagen.
De WRR ziet een balans tussen het ervaren van voldoende grip en de mate van onzekerheid.
Te veel onzekerheid is niet goed en te weinig onzekerheid is ook niet goed, zo wordt gesteld. Wanneer burgers voldoende grip ervaren kunnen zij omgaan met een zekere mate van onzekerheid.
Met dit rapport wil de WRR vooral de overheid uitnodigen om beleid te maken waarmee burgers meer persoonlijke controle gegeven wordt, zodat zij hun levensdoelen dichterbij kunnen brengen. Het WRR rapport ziet een rol voor de overheid aan beide kanten van de balans: de basis van zekerheid verbeteren (zoals financiële onzekerheden terugdringen) en aan de andere kant meer grip, meer controle. Drie manieren voor meer grip worden genoemd: meer mogelijkheden voor het individu (directe controle), meer grip via collectieve belangenbehartiging en coöperaties (indirecte grip), en aansprekende solide regeringsplannen (meer collectieve controle). Hoe dan? Daartoe geeft het rapport tal van voorbeelden en suggesties. Overheid en burgers hebben verantwoordelijkheden, zoveel mag duidelijk zijn.
In Buitenhof was UvA psychiater prof. Daminaan Denys op 3 december te gast over dit onderwerp. Zijn diagnostische beschouwingen: de mensen én de wereld zijn (in wisselwerking) onzekerder geworden. Er is minder voorspelbaarheid en er is meer ambiguïteit. Dit in vergelijking met de jaren 60 van de vorige eeuw. Met de ontvoogding die we zelf gewild hebben, komen nieuwe verantwoordelijkheden.
Er is volgens Denys meer behoefte aan ‘begrip’ bij mensen dan aan meer ‘grip’. Dit illustreert hij verderop met een opmerking over de verkiezingsuitslag: “De inhoud van de programma’s is minder belangrijk, dan de helderheid ervan. … Veel kiezers zijn echt niet radicaal, maar er is wel de behoefte aan een heldere boodschap”.
Over crisis zegt hij dat de betekenis “niet begrijpen” te paren is aan “niet-accepteren-van-de- samenleving”. Mensen betalen belasting en vragen zich af wat ze ervoor terugkrijgen, waarbij een onderschatting bestaat van hetgeen de overheid wél regelt.
Alles is meetbaar en maakbaar in de Westerse cultuur – tot in het extreme; dat niet accepteren is een deel van de verklaring van mentale klachten.
Denys refereert naar onderzoek van het Trimbosinstituut dat laat zien dat mentale klachten zijn toegenomen (in 12 jaar van 18 naar 26 %) waarbij angststoornissen op nummer 1 staan.
Dat mensen angstiger zijn kan ook liggen in het feit dat mensen meer controle verwachten.
Bestaanszekerheid associeert hij als psychiater met existentiële zekerheid. “Het bestaan is onzeker; dat verhelp je niet met geld. Wel met meer vertrouwen op de langere termijn. Dat kan de overheid niet regelen”. Het vraagt een soort van levenskunst. We leven wel in een land waar de contouren optimaal zijn om dat vertrouwen te ontwikkelen.
Terloops merkt hij op dat het financiële niveau – als basis – op orde moet zijn.
Mensen moeten proberen vertrouwen te cultiveren, hetgeen betekent dat mensen kunnen accepteren dat de dingen zijn zoals ze zijn – ook als ze niet zijn zoals ze zijn. “Dat is de essentie van vertrouwen”, voegt hij eraan toe. Kijk wat de grenzen zijn van de verantwoordelijkheid van de overheid. Als die vervuld zijn dan moeten we het zelf doen.
Tot zover het Buitenhof interview.
Een bespreking van het bovenstaande.
- Een balans tussen het ervaren van voldoende grip enerzijds en de mate van onzekerheid op maatschappelijk niveau anderzijds, heeft analogie met de balans tussen belasting en belastbaarheid op individueel niveau. Wordt een (dreigende) disbalans voor een persoon gesignaleerd, dan is de remedie om zijn belasting te verminderen of zijn belastbaarheid te vergroten, of beide.
De WRR wil op maatschappelijk niveau beide doen adresseren door beleidsmakers: minder onzekerheden en meer grip. - De beschouwingen van Damiaan Denys zijn zeker interessant.
“Mensen betalen belasting en vragen zich af wat ze ervoor terugkrijgen, waarbij een onderschatting bestaat van hetgeen de overheid wél regelt”, zei Denys. Onlangs zag ik daarvan een fraai voorbeeld in de supermarkt. Een veel te zware man in rolstoel vertelt tussen de schappen luidruchtig aan een kennis dat hij 9 kilo lichter werd in het ziekenhuis door plastabletten en dat hij nu thuiszorg heeft en allerlei hulp voor hem geregeld is. Even later zit hij in de rij voor de kassa uitgebreid te schelden op de belastingdienst en op de overheid. Geen enkel besef wie zijn rolstoel en alle zorg betaalt die hem juist is toegekend. - Het pleidooi van Denys om als burger meer vertrouwen te ontwikkelen, komt over als de benadering van een psychiater in de spreekkamer met een patiënt die voldoende financiële zekerheid heeft. De gesignaleerde collectieve onzekerheden zullen niet met een dergelijk gebod “oplossen”. De mate van controle neemt niet toe met het proberen onzekerheden te accepteren en vertrouwen te ‘ontwikkelen’. Onrecht (toeslagenaffaire) gaat ook niet weg door aan te leren om te berusten.
Daarnaast: sociologie is niet de som van psychologie (of psychiatrie). Het gedrag van groepen mensen (hoe ze samenleven) is niet de som van het gedrag van individuele burgers. Dat laat het WRR-rapport zelf goed zien. - Meer grip via collectieve belangenbehartiging en coöperaties (indirecte grip) is in het rapport een van de manieren om meer grip te realiseren. Het rapport noemt een bloeiend middenveld, coöperaties, burgerinitiatieven en vakbonden.
Individualisering is een voortgaande trend. Het maatschappelijk middenveld vraagt wellicht om veerkracht en versterking (tijdelijk extra hulp van de overheid) - Wanneer het WRR-rapport interessante bevindingen aanhaalt uit onderzoek data van 15 jaar geleden, dan is de vraag: wat was toen de status en invloed van social-media en het internet? Informatie- en communicatietechnologie heeft zoveel invloed op hoe we met elkaar samenleven en samenwerken, dat het nogal wat wetenschappelijk onderzoek kan diskwalificeren.
- Chat-GPT is voor veel mensen een nieuwe bron van gebrek aan grip of controle: wat betekent het voor mij en voor ons? Het zal jarenlang een oorzaak zijn van het feit dat mensen overvraagd worden (causaal verband met gebrek aan grip). En in het geval van minder goede intelligenties, lagere opleidingsniveaus en ouderdom blijven mensen misschien wel de rest van hun leven overvraagd door onvermogen (conditioneel verband met gebrek aan grip).
- Scholing blijft achter bij de verandersnelheid van de samenleving.
Je zou ook kunnen zeggen dat het adaptatie-vermogen van de samenleving grenzen kent en dat die overschreden wordt. Het Pisa-onderzoek laat wederom zien dat bij 15-jarigen de kennis en vaardigheden in wiskunde, leesvaardigheid en natuurwetenschappen in de afgelopen 4 jaar opnieuw achteruit is gegaan. Een achteruitgang die al in 2012 begon. De staat van het onderwijs in ons land begint serieus invloed te hebben op de ervaren onzekerheid en de mate van controle. Permanente scholing, opleiding, training en begeleiding zou voor iedereen beter ‘geregeld’ moeten zijn. - Onderliggend gaat het rapport over mens- en maatschappijbeeld: hoeveel willen we van wat voor overheid? We hadden een terugtredende overheid (vanaf eind jaren 90) en een almaar dominantere liberale markteconomie. Is de wal het schip aan het keren? De verkiezingsuitslag van de PVV is wellicht een symptoom daarvan.
Sommige veranderingen in de samenleving kunnen niet ‘on-hold’ gezet worden, net zomin als je een bedrijf kunt vragen om minder concurrerend te zijn.
Wel is duidelijk dat een actieve en rechtvaardige overheid noodzakelijk is.
Het belang van een sterk maatschappelijk middenveld is groot.
Samenvattend en concluderend:
- Meer grip, of minder grip met meer vertrouwen? (titel)
- Meer grip, meer begrip en meer vertrouwen. Daarnaast minder onzekerheden.
- De verantwoordelijkheid voor minder onzekerheden en meer controle ligt bij burgers, de overheid, en het bedrijfsleven (permanent en anticiperend opleiden).
- Een sterke en rechtvaardige overheid en een veerkrachtig & sterk maatschappelijk middenveld zijn wenselijk en noodzakelijk.
Bronnen
https://www.wrr.nl/publicaties/rapporten/2023/11/30/grip
https://www.wrr.nl/adviesprojecten/grip
https://www.youtube.com/watch?v=eW2yo2c3fow